Bij aanschaf van zonnestroom kun je kiezen uit drie typen panelen. De wijze waarop de gewenste capaciteit in het dak ingepast kan worden zal vaak leidend zijn in de keuze.
Monokristallijn: Het oppervlak van monokristallijne zonnecellen is egaal zwart. Deze zonnepanelen hebben het hoogste rendement.
Polykristallijn: Een polykristallijne zonnecel vertoont een soort gebroken schervenpatroon. De polykristallijne zonnepanelen zijn gunstig geprijsd en bieden een redelijk hoog rendement. Amorf: In een dunne-film zonnepaneel wordt amorf silicium gebruikt.
Amorfe zonnepanelen bevatten geen kristallen maar poeder. Hier door zijn ze zeer buigzaam. De amorfe zonnepanelen geven het minste rendement van de drie. De prijs ligt wel een stuk lager. Niet de keuze als je een paar panelen op het dak wil leggen maar voor een voldak oplossing wellicht de juiste keuze.
Een mooi voorbeeld van een voldak oplossing vind je in mijn blog over de opwaardering tot een energieneutrale woning van een ’30 jaren huis.
Hoe rendabel is dat dan?
Een waarschuwing vooraf: ieder cijfer dat ik nu noem kan morgen verouderd zijn. Zo papegaaide ik twee jaar geleden in deze blog de deskundigen nog na: ‘Dat naar verwachting het behalen van netpariteit er voor 2020 wel inzat’. Die werd dus al in 2011 gerealiseerd. Energie uit zonnecellen kost nu, als je een beetje scherp inkoopt, rond de 70 cent per Watt/piek(Wp) vermogen. Dat is, zo rapporteert Bloomberg, een van werelds grootste bureaus voor financiële analyse met een speciale tak voor New Energy Finance, nog maar dik 1 procent van de 80 dollar van 1976. Nu moet je daar nog ruim één tot wel bijna twee keer dat bedrag aan dakframe, kabels, omvormer en installatie bij optellen, maar dan kost één paneel met een capaciteit van 250Wp, compleet geïnstalleerd, toch niet veel meer dan € 500. Daarmee produceer je dan als alles een beetje meezit rond de 220 kWh op jaarbasis waarvoor je anders toch zo een kleine € 50 moet neertellen. Je moet daarbij wel bij bedenken dat van de circa 22 cent die je per kWh aan je stroomleverancier betaalt, er maar rond de 7 cent bij hen terecht komt voor de productiekosten.
De overheid moet de netbeheerder wel blijven verplichten dat als je even meer zonnestroom produceert dan je nodig hebt, je dit kosteloos het net op mag sturen en dat je dit op enig moment weer mag ‘inruilen’ voor netstroom: salderen heet dat. Plaats daarom niet meer capaciteit op je dak dan dat je jaarlijks kWh gebruikt.
Broodje aap verhalen
Interesse om wat meer te lezen over de vragen die er zo al zijn over zonnestroom in Nederland ga dan een naar de site van Greenem. Soms vermakelijk maar vaak informatief als je aan het afwegen bent of een investering daarin iets voor jou is. Denk wel steeds aan de volorde de stappen volgens de trias energetica. Isoleren draagt het hoogste rendement maar als ook de volgende stappen wilt nemen dan is het investeren in zonnestroom aantrekkelijk en leuk. Zelf energieoogsten geeft een goed gevoel: het moestuin gevoel noem ik dat.
Vragen over Zonne-stroom
Op de website van Zon Zoekt dak, een initiatief van Natuur en Milieu, wordt antwoord gegeven op veel vragen. Door te klikken op een vraag wordt u doorverwezen naar het antwoord. Staat uw vraag er niet bij? Ga terug naar de vragenpagina op die site en kijk onder een andere tab. Blijven er dan nog vragen over dan is er ook nog de mogelijkheid om direct contact met hen op te nemen. Ook de site van Milieu Centraal bevat, ook met betrekking tot dit onderwerp, een schat aan informatie.
Opbrengst en schaduwwerking in de praktijk
Rond de effecten van schaduwwerking leven veel vragen. De laatste jaren zijn er al veel oplossingen gekomen voor het probleem dat in geval de panelen in serie zijn geschakeld de schaduw op één paneel de opbrengst van alle panelen aantast. Zelden vind je een praktijk ervaring zo goed gedocumenteerd als op deze site van de enthousiaste eigenaar van een eigen ‘zonne-centrale’. Kijk naast de ervaringen met de schaduwwerking vooral ook verder nog even rond op deze site vol wetenswaardigheden direct ontleend aan de praktijk.
